Tijm

Tijm is een kruid dat vooral te vinden is in Oost-Azië en rond het Middellandse Zeegebied. Het zijn tanige struiken met houtige stelen en kleine, slanke blaadjes met een volle, scherpe en karakteristieke smaak. Het is dan ook een veel gebruikt kruid bij groenten, vis, vlees en sauzen. Je kunt tijm zowel vers als gedroogd gebruiken. Vanwege de aromatische geur wordt tijm ook in de zeepindustrie gebruikt. Omdat tijm thymol bevat, een stof die goed is voor de luchtwegen, zie je het ook wel in hoestdrankjes. De planten worden ook als sierplanten neergezet. Van de bloemen en bladeren wordt ook thee en siroop bereid. Tot slot wordt dit veelzijdige kruid gebruikt bij de bereiding van likeuren zoals bénédictine. Als je voor het eerst tijm gebruikt kun je beter weinig gebruiken om te wennen aan de krachtige smaakontwikkeling. Een andere variant naast reguliere tijm is citroentijm.

Met tijm alleen aan je dagelijkse portie groenten komen is natuurlijk niet haalbaar. Echter tijm maakt wel een heleboel groentegerechten extra lekker, zodat je wel makkelijk aan je dagelijkse 250 gram groenten komt.

Takjes tijm kun je het best in de groentela van je koelkast bewaren. Naar gedroogde tijm heb je geen omkijken: die kun je gewoon in een potje in je kruidenrek zetten.

Wat kan ik met tijm?

• In combinatie met bijvoorbeeld tomaat, komkommer, aubergine, paprika.
• In combinatie met geroosterd vlees, gevogelte, wild, vis en groenten als spinazie.
• In pasta met roergebakken spinazie en knoflook.
• In een honingdressing voor op de gegrilde sla.
• In een stamppot van verse kruiden met verse geitenkaas.
• Op spiesjes met gegrilde courgette.
• Op aubergine die je met knoflook, tomaat en verse geitenkaas of 30+ kaas even onder de grill zet.

Neem zoveel takjes tijm als je nodig hebt, spoel deze onder de kraan en rits de blaadjes eraf. Je kunt ze kneuzen voor meer smaak en vrij lang laten meekoken, -bakken en -stoven met diverse gerechten.