Rode Bessen (Aalbessen)

De aalbes komt oorspronkelijk uit Europa en West-Azië. De aalbes is er in de rode, roze of witte variant. Rode aalbessen hebben een klein kroontje (ongeveer 1 cm in doorsnee) en groeien in trossen. De kleur is doorschijnend helder tot donkerrood. Het zure tot zoetzure vruchtvlees bevat een aantal geelbruine pitjes. Witte aalbessen zijn crèmekleurige, doorschijnende bessen met een klein kroontje. De witte bes, ooit als zaailing van de rode bes ontdekt, verschilt behalve in kleur iets van de rode doordat ze iets kleiner zijn. Ook is de smaak duidelijk zoeter. Rode bessen zijn een bron van vitamine C en dat kan helpen de weerstand op peil te houden (is goed voor je huid, haar, maar ook handig als je bijvoorbeeld verkouden bent). Bovendien werkt vitamine C als antioxidant en helpt bepaalde schadelijke stoffen in het lichaam te neutraliseren.

Een schaaltje van dit heerlijke zomerfruit is ongeveer 100 gram en telt mee als 1 keer fruit. Samen met magere/halfvolle yoghurt of kwark en ander zachtfruit is het een heerlijk fruitig toetje!

Probeer de rode bessen na aankoop zo snel mogelijk in de koeling te bewaren. Je kunt ze ook invriezen: leg de aalbessen naast elkaar op een plat bord en laat ze bevriezen. Verpak ze daarna in goed gesloten plastic zakjes of bakjes en stop ze weer in de vriezer. In de diepvries (bij - 18ºC) kunnen de bessen een paar maanden bewaard worden.

Wat kan ik met aalbessen?

• In magere yoghurt, vla zonder toegevoegd suiker en met sorbetijs.
• In fruitsalade en bowl.
• Als vulling van een omelet of volkorenpannenkoekjes.
• Met kwark als vulling voor kant-en-klare vlaaibodem.
• In jam of compote.
• In taarten of als decoratie op gebak.

Rode en witte bessen zijn teer. Raak ze daarom zo min mogelijk aan. Was ze vlak voor serveren, maar alleen als het nodig is. Verwijder pas na het wassen de steeltjes.